Op dit niveau laat je intuïtie je weten als je in gevaar loopt of als er gevaar dreigt.

Voorbeelden hiervan zijn opeens sterke gevoelens hebben iets NIET te moeten doen. Of juist WEL. Zo sterk dat je niet anders kan doen dan die reis verzetten, de dokter te bellen, aan de andere kant van de straat te gaan lopen, in de auto af te remmen, voordat er iets gebeurt.

Dit is een niveau waar veel mensen nog bewust mee in contact staan. Deze vorm van intuïtie is namelijk verbonden met een andere oerkracht: ons overlevingsmechanisme.

Aan de ene kant is intuïtie iets wat we allemaal meegekregen hebben bij onze geboorte. Maar veel mensen – en jij misschien ook – nemen hun intuïtie niet serieus en hebben het ook nooit ontwikkeld. Vaak is mensen zelfs afgeleerd te luisteren naar hun intuïtie. Het openlijk gebruik maken van je intuïtie was en is soms nog steeds taboe. Niet alleen in de sociale context waarin iemand is opgegroeid en waar men zich mogelijk nu ook nog in bevindt, maar ook in de persoon zelf.

Je intuïtie heeft je absoluut gered uit moeilijke of gevaarlijke situaties. Of heeft voorkomen dat jij of anderen iets moeilijks meemaakten. In een split second wist je wat je moest doen en je deed het automatisch zonder twijfelen.

Maar behalve je intuïtie in noodsituaties te vertrouwen, maak je doorgaans weinig gebruik van je intuïtie. Met andere woorden: pas als er sprake is van gevaar, geef je jezelf de toestemming en ruimte om je intuïtie er te laten zijn en er heel direct naar te luisteren en handelen. Dat is jammer want nu mis je het dagelijkse contact ermee en de daarmee verbonden mogelijkheden, om op allerlei andere momenten die wel geen direct gevaar, maar wel degelijk heel belangrijk zijn, je intuïtie te gebruiken.

Maar geen nood, ook jij kunt jezelf trainen je intuïtie er bewust te laten zijn.