In de media

Mijn kind ziet spoken

Mijn kind ziet spoken

Margriet – 28 november 2018 | Tekst: Jocelyn de Kwant

Visioenen van een ver verleden, een voorspelling die uitkomt, een overleden oma die op bezoek komt in de slaapkamer… Kinderen hebben de gekste verhalen. Of is er soms meer aan de hand en zien ze iets tussen hemel en aarde?

Het bestaan van een zesde zintuig kan niet wetenschappelijk worden bewezen, maar dat betekent niet dat het er niet is

Ze had hem zien staan tussen de mensen. Haar opa, op zijn eigen begrafenis. En elke avond, nadat haar moeder haar had ingestopt, verscheen hij even aan haar bed. Ze vond het niet erg. Hij zei ook niets, hij was er gewoon. Eigenlijk vond ze het wel fijn. Maar toen ze het aan haar moeder had verteld, was die heel erg geschrokken en was ze er een beetje bang van geworden. Haar opa kwam niet meer langs. Jasmijn (12) vertelde het aan de moeder van haar vriendinnetje, tussen neus en lippen door. Heel erg oprecht en alsof er niets aan de hand was, tussen een handje chips en een slokje cola door. Die moeder was thriller- en jeugdboekenschrijfster Simone van der Vlugt. Van der Vlugt: “Ze vertelde het niet om indruk op mij te maken. Ze vertelde het misschien omdat ze wel wist dat ik er niet raar op zou reageren.” De schrijfster was toen al geen onbekende met dit fenomeen. Ze schreef twee jeugdboeken over het fictieve personage Zo‘, een twaalfjarig meisje met voorspellende gaven. Van der Vlugt baseerde Zo‘ op verschillende mediums met wie ze gesprekken had over hun jeugd. Al tijden is Van der Vlugt geïnteresseerd in dit soort zaken, in eerste instantie vooral omdat het een spannende verhaallijn oplevert. Toen ze na haar eerste boek Schuld talloze reacties kreeg van kinderen die schreven zich in hoofdpersoon Zo‘ te herkennen, ging ze er anders over denken. “Een meisje mailde mij met het verhaal dat ze hetzelfde voelde als Zo‘, maar dat ze bet nooit aan iemand had durven vertellen. Ze wist vaak wat er zou gaan gebeuren en ze zag overleden mensen.” De verhalen van dit meisje, en ook verhalen van andere kinderen, hebben haar geïnspireerd voor het tweede boek over Zo‘, Vlinders. Bij de publicatie ervan, afgelopen april, opende Van der Vlugt op internet Zo‘s gastenboek, waar kinderen berichten voor elkaar kunnen achterlaten. “Binnen korte tijd barstten de discussies op het forum los over helderziende ervaringen. Het meisje van de mail heeft zich op de site ontpopt als een ware mentor voor kinderen die zich nog geen raad weten met hun ervaringen. Er zullen ook kinderen zijn met een levendige verbeelding die in alles een geest of een teken zien, maar er zitten er ook bij met heel bijzondere verhalen.”

Mijn kind ziet spoken “Er is veel documentatie over kinderen die meer aanvoelen dan anderen, visioenen hebben of verschijningen zien,” zegt klinisch psycholoog en pedagoog dr. Pieter Kousemaker. “Vooral bij kinderen onder de zes jaar. Daarna neemt de rationalisering toe, het besef van wat wel en wat niet hoort, en neemt de openheid af. In de puberteit zie je weer een nieuwe opbloei van de verschijnselen. De verhalen van kinderen komen overeen, van Australïe tot Canada.” Kousemaker is een deskundige op dit gebied. Jarenlang gaf hij les op de Universiteit Leiden, waar hij onder andere onderzoek deed naar gedragsproblemen bij kinderen. Een aantal keren maakte hij mee dat een kind het stempel `psychische stoornis’ kreeg, waar hij zelf het vermoeden had dat er wat anders aan de hand was. Dit geloof werd sterker naarmate hij meer onderzoek deed naar paranormale verschijnselen. Omdat voor dit soort ideeën geen ruimte is in de wetenschap, maar hij toch ouders en kinderen wilde helpen, besloot hij zijn eigen praktijk te openen voor `bijzondere kinderen.’ Kousemaker: “Het bestaan van een zesde zintuig kan niet wetenschappelijk worden bewezen, omdat het niet meetbaar is. Maar dat betekent niet dat het er niet is. Ik kom in mijn praktijk kinderen tegen die stemmen horen en die verschijningen zien die `normale’ mensen niet waarnemen. Die herhaaldelijk zeer heftige beelden doorkrijgen over een bepaalde plek of situatie. Als je dit bestempelt als fantasie of zelfs een psychische stoornis, doe je veel kinderen tekort. En hun ouders ook, want die zitten soms met hun handen in het haar. Die vragen zich af: is mijn kind gek? Ouders en kinderen in deze situatie hebben begeleiding nodig om er goed mee om te kunnen gaan.”

Serieus

Waarschijnlijk denken mensen dat dit alleen in ‘zweverige’ gezinnen voorkomt

Kousemaker vermoedt dat veel, zo niet alle, kinderen een fase hebben waarin ze meer `open’ staan. Bij de meeste van hen gaat deze fase van hooggevoeligheid ongemerkt voorbij. Blijft het bij een eenmalige bijzondere opmerking, zoals het kind dat zegt: “Er groeit een kindje in je buik,” terwijl de aanstaande moeder het zelf nog maar een week weet en nog met niemand heeft gedeeld. Maar soms duurt bet langer en zijn de ervaringen zo heftig dat het leidt tot tijdelijke leer- en gedragsproblemen. In de praktijk van Kousemaker komen vaak kinderen die met hun ouders al bij verschillende reguliere therapeuten zijn geweest, zonder resultaat. Kousemaker volgt een normaal academisch stappenplan voor de behandeling, met het verschil dat hij de aanwezigheid van een zesde zintuig niet uitsluit. De vraag die de scepticus of de bezorgde ouder zich kan stellen is: als je serieus ingaat op de mogelijkheid dat een kind paranormaal begaafd is, haalt het kind zich dan niet van alles in zijn hoofd? Wordt het dan niet alleen maar erger? Kousemaker: “De vraag is: wat is erg? De problemen ontstaan juist doordat een kind voelt dat zijn ervaringen worden afgewezen en raar gevonden. Ze worden er bang van en weten niet wat ze ermee aan moeten. En dat kan omslaan in lichamelijke problemen zoals maagpijn en hoofdpijn, verlies aan levendigheid, wantrouwen, angst, afstand nemen van anderen. Dat een kind zich terugtrekt en beseft: ik ben anders en wat ik ben, mag er niet zijn. Dat is traumatisch.”

Merk je dat je kind onverklaarbaar van streek is, slecht inslaapt, terugkerende nachtmerries heeft, overdag veel zit te dromen, maar dat ontkent Volgens Kousemaker zijn het signalen om door te vragen. “Het betekent natuurlijk niet altijd dat een kind dan in contact staat met een ander bewustzijn. Kinderen hebben een levendige fantasie en zijn gevoelig voor stemmingen. Soms is iets ook een uiting van angsten of stress van overdag, of een enge film die blijft doorwerken. Maar het kan ook zijn dat het kind verschijningen ziet en dat nooit aan iemand heeft durven vertellen. Onderzoek het in elk geval, praat erover.”

Intuïtie

Dat er veel kinderen zijn die meer oppikken dan anderen en meer zien dan anderen, daarvan is ook Carolina Bont overtuigd. Bont is schrijfster van onder andere Versterk je uitstraling en Hoogsensitiviteit als kracht, waarin ze veel aandacht besteedt aan hooggevoeligheid bij kinderen. “Je hoeft er niet in te geloven, maar het is wel prettig als je ervoor openstaat dat er misschien meer is dan je met het blote oog kunt zien,” zegt ze. Kinderen zijn nog niet volgestopt met idee‘n over wat wel en niet kan en pikken dingen op die door anderen niet worden opgemerkt. Sommige kinderen hebben dat nog een tikkeltje sterker. Ze noemt het liever niet paranormaal, maar intuïtief. Bont: “Iedereen heeft wel een bepaalde vorm van intuïtie. Voelt bijvoorbeeld weleens aan wanneer er iets met iemand aan de hand is. jonge kinderen staan nog helemaal in contact met hun intuïtie en durven daar veel meer op te vertrouwen.” Wat een intuïtief kind oppikt zijn vooral energieën, stemmingen en gedachtes van anderen. Maar ook verschijningen. “Soms praat een kind in het niets tegen iemand. In de meeste gevallen is dat gewoon een fantasievriendje. En als je doorvraagt, merk je dat het kind dat zelf ook wel weet. Maar soms is er meer aan de hand. Ik heb meegemaakt dat een kind zei met haar overleden oma te hebben gepraat. Doordat haar ouders ervan schrokken, werd het meisje bang. Op mijn advies hebben haar ouders geprobeerd er zo gewoon mogelijk met hun dochter over te praten. En toen begon het meisje heel leuke dingen over haar oma te vertellen, dingen die ze nooit had kunnen weten. Op een gegeven moment verdween die oma weer. Als je met verschijningen omgaat zoals je met mensen omgaat die op bezoek komen, is er niets aan de hand. Wil je niet dat ze er zijn, dan stuur je ze vriendelijk weg. Als ouder moetje daar gewoon nuchter en praktisch mee omgaan. Er geen big deal van maken, het niet afwijzen, maar je er ook niet op fixeren.”

In haar boeken beschrijft Carolina Bont oefeningen waarmee het hooggevoelige kind leert zich af te schermen voor ongewenste energie, zonder zich af te sluiten voor zijn omgeving. Zo pikken ze niet van alles op en kunnen ze beter bij zichzelf blijven. Bont: “Die oefeningetjes vinden kinderen ook gewoon leuk om te doen. En mijn ervaring is dat ze zich er beter door gaan voelen.”

Kleuren en stemmen

Jonge kinderen staan nog helemaal in contact met hun intuïtie en durven daar veel meer op te vertrouwen

Paulien Veenman is natuurkundige en moeder van twee kinderen. Haar dochter, nu vijftien, voelt al vanaf heel jonge leeftijd wanneer iemand ziek, boos of verdrietig is. “Mama, die man is zwart om zijn hart,” zei haar dochter op vijfjarige leeftijd op een familiefeestje. De man, een oom van Paulien, bleek hartritmestoornissen te hebben. Pas toen ze twaalf was, kwam ze erachter dat de kleuren die ze rond mensen zag aura’s waren. Ook haar zoon Tom, nu twaalf, ziet en hoort meer dan anderen. “Vanaf baby af aan is mijn zoon anders dan andere kinderen,” vertelt Paulien. “Hij sliep heel erg slecht en werd vaak hysterisch wakker, waarna hij met wilde ogen langs me heen keek. Mijn man en ik zeiden weleens tegen elkaar: ‘Tom ziet dingen die wij niet zien.’ Verder lieten we het daarbij, want ook al zeg je dat, je gelooft toch ook weer niet dat het echt zo is.” Pas veel later ontdekte Paulien dat Tom stemmen hoort. Paulien: “Hij was een heel vrolijk en open jongetje. Maar naarmate hij ouder werd, werd hij steeds geslotener en was hij niet meer zo blij en gelukkig. Via via kwamen we bij een medium. Die zei dat Tom zo gevoelig was dat hij zich, om zichzelf te beschermen, had teruggetrokken. Na het gesprek was mijn zoon opgelucht, eindelijk begreep hij iets meer van wat er met hem aan de hand was. Mijn beide kinderen zijn door dit gesprek ontzettend opgeknapt. Verder is het geen issue meer in ons gezin. Tom praat er ook niet graag over. Om minder last van de `stemmen’ te hebben, slaapt hij altijd met de radio zachtjes aan. Mijn dochter is er wat meer mee bezig, maar we hebben aan haar gevraagd niet zomaar ongevraagd bij iedereen in hun aura te kijken. Ze ziet namelijk van alles en dat is ook gewoon privŽ, vind ik. Daarbij voelt ze zich heel verantwoordelijk als ze ziet dat iemand iets mankeert en daar wordt ze alleen maar verdrietig van.” Paulien vindt het nog steeds gek dat juist zij dit soort kinderen heeft. “Waarschijnlijk denken mensen dat dit alleen in `zweverige’ gezinnen voorkomt. Niet bij zo’n nuchter gezin als dat van mij. Ik ben wetenschapper. Vroeger was ik wars van dit soort dingen, maar nu moet ik er wel aan.” Paulien gaf haar dochter afgelopen zomer de twee boeken van Simone van der Vlugt cadeau. “Net als voor hoofdpersoon Zo‘ is het voor mijn dochter af en toe ook best moeilijk. Deze boeken waren voor haar uit het leven gegrepen.”

Wanneer ben je helderziend? En wat moet je ermee? Het blijft ook een levensbeschouwelijke vraag, vindt psycholoog Pieter Kousemaker. Hoezeer hij inmiddels ook is overtuigd van het bestaan van een andere golflengte in dit leven, “het blijft toch een kwestie van geloven.” Carolina Bont: “In onze maatschappij leer je niet om te gaan met dit soort dingen. Ouders vinden het ook vaak eng. Op school krijgen de kinderen vaak dezelfde vreemde reacties. Dat maakt het moeilijk voor hen.” En voor de ouder ook. Want net zoals je niet wilt dat je kind – mocht het paranormaal begaafd zijn – zich onbegrepen voelt, wil je ook niet dat het, aangewakkerd door programma’s als Char en Medium op televisie, in alles een geest gaat zien.

Dus wat doe je met een kind dat het heeft over zijn overleden oma die aan zijn bed verschijnt? Beschouw je het als onzin of waarheid? Ziet hij een geest of heeft hij een levendige fantasie? Wie zal het weten, de meningen zullen altijd verdeeld blijven. Kousemaker: “Maar ontken je wat ze zien, zeg je: `Stel je niet aan’, dan zal het kind het in het vervolg voor zich houden. En is de vertrouwensband tussen ouder en kind zelfs een beetje geschonden.” Laat het kind er dus gewoon over vertellen en blijf nuchter. En desnoods vraag je – zoals zowel psycholoog Kousemaker als Carolina Bont aanraadt – vriendelijk of de ‘geest’ wil vertrekken. En dan een beker warme melk, en hup naar bed.

Heb je interesse in onze opleiding of één van onze andere producten?

Neem contact op met Annette en ze beantwoord graag al je vragen!

Neem contact op